ABC Peter Vos

RKD STUDIES

Voorwoord

De basis voor mijn belangstelling voor het werk van Peter Vos werd gelegd bij het samenstellen van de dubbeltentoonstelling in het Centraal Museum over Peter Vos (ter gelegenheid van diens 75ste verjaardag) in combinatie met Charles Donker (ter gelegenheid van zijn 70ste verjaardag) in het najaar van 2010. Tot onze grote droefenis overleed de kunstenaar nog tijdens de tentoonstellingsperiode. In de tentoonstelling, die een keuze uit zijn werk toonde, meest uit bezit van de kunstenaar en de in 2009 door het Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum aangekochte tekeningen, namen de bladen met thema’s uit Metamorfosen van Ovidius uit 2003 een centrale plaats in. Nog met de instemming van de kunstenaar en zijn echtgenote ontstond toen het idee om een tentoonstelling en een boek over dit thema te maken. Eddy de Jongh en ondergetekende, in samenwerking met Saïda Lokhorst, realiseerden dit idee in 2013 met een tentoonstelling in het Institut Neérlandais (in 2014 opgeheven) in Parijs en in het Rembrandthuis in Amsterdam. De tentoonstelling was in belangrijke mate te danken aan het enthousiasme van Ger Luijten, directeur van de Fondation Custodia, die in 2009 als hoofd van het Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum, de tekeningen van Peter Vos, waaronder veel van de Metamorfosen-tekeningen uit 2003 voor het Rijksmuseum verwierf. Het boek en de catalogus bij de tentoonstelling in Parijs en Amsterdam Peter Vos-Metamorfosen, raakte al tegen het eind van de tentoonstelling uitverkocht.

Dit was één van de redenen om eind 2013 te gaan denken aan de samenstelling van de RKD Monograph ABC-Peter Vos, waarin onder meer deze publicatie in digitale vorm met aanvullingen een plaats zou kunnen krijgen en daarmee blijvend toegankelijk zou blijven. Centraal stond daarbij de ambitie om het omvangrijke werk van Peter Vos, in eerste instantie in openbaar Nederlands bezit te ontsluiten. Dit gebeurde in samenwerking met het Gemeentemuseum Den Haag en het Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum in Amsterdam, die de omvangrijkste bestanden van het werk van Peter Vos bezitten en die beide digitale opnamen daarvan hebben verschaft. Terwijl de verzameling in Amsterdam pas door de aankoop in 2009 en een aantal recente schenkingen is gevormd, bestaat de (kleinere) Haagse verzameling vrijwel geheel door een aankoop in 1972/73 uit de verzameling van Cees Kuijlman; deze werd kort voor 1970 bijeengebracht en bevat geen later werk. De gegevens over de kunstwerken werden in het Rijksmuseum in eerste instantie ingevoerd door de jonge kunsthistoricus Anske van den Dool als stagiaire en later als vrijwillige werkkracht bij het RKD, en in 2016 voor de RKD Monograph door Laure van Berkel, dankzij een subsidie van de Stichting Sanssouci.

Tegelijkertijd kwam in samenwerking met Saïda Vos-Lokhorst en Eddy de Jongh het boek Peter Vos- Getekende brieven tot stand, dat in februari 2017 verscheen. In dit boek is een keuze gepresenteerd van de mooiste brieven met tekeningen van Peter Vos. Niet alleen profiteerde deze Monograph van de daarbij opgebouwde kennis, van de gedetailleerde (geautoriseerde) biografie, maar ook van de transcripties van een aantal afgebeelde brieven uit het Gemeentemuseum Den Haag en het Rijksmuseum. Daaraan kon worden toegevoegd de volledige ontsluiting van de brieven van Peter Vos aan Otto de Kat, Debbie Wolf en Gerard van Rooy in het bezit van het RKD. Aansluitend bij het boek, hopen we een groter aantal groepen brieven van Peter Vos volledig digitaal te ontsluiten in deze Monograph.

Tegelijk met de verschijning van het boek opende in het Gemeentemuseum Den Haag de tentoonstelling De jonge virtuoos Peter Vos – grafiek, tekeningen en getekende brieven 1952-1970 en een presentatie van de bovengenoemde brieven in de hal van het RKD (zie Nieuws).

Net zoals bij de bovenstaande publicaties en tentoonstellingen, is de huidige RKD Monograph tot stand gekomen dankzij talrijke particuliere bezitters van het werk van Peter Vos. In de eerste plaats zijn zoon Sander en zijn vrouw Saïda Vos-Lokhorst en vele van zijn vrienden. Wij noemen hen, zonder volledig te zijn, in alfabetische volgorde: Louis Andriessen, Anneke Bakkum, Willem Bekker, Jes van Bevervoorde-van Vonderen, Ysbrand Brouwers, Maria Chailloux, Thérèse Cornips (†), Theo Daamen, Carla van Dam, Marcel van Dam, Charles Donker, Dobs (†) en Ton van Dijk (†), Ton Entius, Rinus Ferdinandusse, Jan van Gool, Joop Goudsblom, Ninon le Grand, Jaco Groot, Sarah Hart, Jaap van Heerden, Florrie Hillenius, André Jas, Eddy de Jongh, Jan Koenderink , Carla Kuit, Samuel de Lange, Winne Meyerink, Otto van der Mieden ,Willem den Ouden, Alied Poll, Marte Röling, Maurits Rubinstein, Bas Schat, Reuven Shekel, Wil Sandkuyl, Peter Sinnige, Theo Sontrop, Ben van der Velden, Truusje Vrooland-Löb, Marietje van Winter, Siegfried Woldhek, Cristine Zwerver. Zij maakten niet alleen hun bezit aan zijn werk toegankelijk, maar verschaften genereus persoonlijke informatie over Peter Vos en zijn werk, hetgeen ook geval was voor David de Jongh, maker van de film Vogelparadijs. Peter Vos – tekenaar, die eind maart 2017 zijn première beleeft. Heel veel dank aan hen allen!

Daarnaast wil ik graag de volgende personen danken voor hun hulp bij de totstandkoming van deze Monograph. Bij het RKD in Den Haag: Laure van Berkel, Ramses van Bragt, Ton Geerts, Roman Koot, Frédèrique van Stekelenberg, Chris Stolwijk en Reinier van ´t Zelfde. Bij het Rijksmuseum Amsterdam: Taco Dibbits, Cecile van der Harten, Henrike Hövelmann, Geert-Jan Koot, Huigen Leeflang, Idelette van Leeuwen, Alied Ottevanger, Jacqueline de Raad (†), Marja Stijkel, Jane Turner, Caro Verbeek, en bij het Gemeentemuseum Den Haag: Susan Adam, Vivien Entius en Benno Tempel. Bij het Literatuurmuseum, Den Haag: Salma Chen, bij het Museum Meermanno; Rickey Tax, bij Museum Boijmans Van Beuningen: Dingenus van de Vrie, bij het Centraal Museum in Utrecht: Len van de Berg en Marja Bosma. Bij Fondation Custodia in Parijs: Ger Luijten, die met zijn aankoop voor het Rijksmuseum in 2009 de basis voor dit project legde.

Jan Piet Filedt Kok